De oppas titel : De oppas
categorie : 12+ (AVI 7)
pagina's : 72
illustraties : Joyce van Oorschot
uitgeverij : Zwijsen, serie Zoeklicht Plus (Makkelijk lezen)
1e druk : 1997
ISBN : 90 276 3718 0

Meteen ziet hij het. Het raam staat wagenwijd open. Het gordijn wappert als in een flauwe film die spannend bedoeld is. Maar dit is echt. Nog echter is het bed van Jikke: leeg.

Voor het eerst gaat Sjoerd oppassen. Het lijkt hem supersimpel. En bang worden zoals Alexandra uit zijn klas? Het zal hem niet gebeuren. Hij heeft haar hartelijk uitgelachen. Maar dan zijn er die vreemde maskers en die enge geluiden boven. Het lege bedje van de baby.
Niets valt er meer te lachen.

Fragment

Door de babyfoon komt nog steeds geen geluid. Alles is volledig onder controle.
Als hij weer naar de boekenkast loopt, ziet hij pas het Afrikaanse masker. Enorme tanden grijnzen in de brede kaken. In de bolle ogen heerst een moordzuchtige blik, die speurt naar een slachtoffer. Snel draait Sjoerd zijn hoofd weg. Er hangen nog drie andere maskers aan de muur. Twee lieve hoofdjes van vrouwen die met een mooie schelpenrand versierd zijn. Er hangt ook een dierenkop met een lange snavel. Die ziet er eveneens vriendelijk uit.
Of Sjoerd wil of niet, zijn ogen gaan weer naar die afgrijselijke kop. Dit voorspelt niets goeds.
Sjoerd schudt die gedachte af.
Vreemde lui, die familie Marsman. Wie hangt zoiets voor de sier aan de muur? Hij schudt zijn hoofd. Bij de boekenkast valt zijn oog op een paar beeldjes die vast ook uit Afrika komen of uit een ander ver werelddeel. Kleine beeldjes waar naalden en spijkers in geprikt zijn. Voodoopoppen zijn het.
Hij heeft erover gelezen.
Het gaat heel simpel. Als je een vijand hebt, maak je er een beeldje van. Daar ga je dan lekker in prikken. Op de plekken waar je het raakt, wordt je vijand ziek. Meestal gaat hij nog dood ook.
Handig toch? Sjoerd grinnikt. Even maar, tot hij het briefje ziet dat met een knopspeld op de buik van een poppetje is geprikt. De letters zijn geschreven door een kind.
'Oppas Sjoerd' staat erop.
Ineens vindt hij het niet grappig meer. Hij heeft Suzanne nog nooit gezien, maar hij weet zeker dat ze helemaal geen leuk kind is. Vaag voelt hij buikpijn opkomen.
Verbeelding!
Buiten blaft een hond. Meteen daarna hoort hij een deur slaan. Dat is binnen, boven.
Drie tellen later gehuil van een baby. Jikke!
Scherp luistert hij. Nee, het komt toch van buiten. Het is vast een krolse kat. Het geluid van die beesten lijkt zo op dat van een baby...
Was hij er bijna ingetrapt. Laat hij zich weer bang maken door niets.
Hij begrijpt zichzelf vanavond niet.
Of hoorde hij toch iets?